Accijnzen drukken zwaar op de portemonnee

Autorijden wordt voor veel mensen steeds moeilijker te betalen. De kosten blijven stijgen, terwijl de auto voor een grote groep Nederlanders juist onmisbaar is geworden.

Zeker in landelijke gebieden, waar openbaar vervoer schaars is, is een auto vaak geen luxe, maar pure noodzaak. Toch blijft de financiële druk op automobilisten toenemen. Een van de grootste kostenposten? Brandstof. En dat is niet alleen vanwege de olieprijs, maar vooral door de hoge belastingen en accijnzen die op brandstof worden geheven. De helft van de prijs aan de pomp bestaat namelijk uit belastingen.

Nederland heeft de hoogste brandstofaccijnzen van Europa

Nederland is al jarenlang koploper in Europa als het gaat om brandstofaccijnzen. Dat komt vooral doordat de Nederlandse overheid elk jaar de accijnzen automatisch verhoogt via indexering. In veel andere Europese landen gebeurt dit niet, of slechts in beperkte mate. Hierdoor ontstaat er steeds meer verschil tussen wat Nederlanders betalen aan de pomp en wat automobilisten in omliggende landen kwijt zijn. In Duitsland of België bijvoorbeeld, tank je voor een flink lager bedrag. De automatische indexering zorgt ervoor dat Nederlandse automobilisten elk jaar iets meer betalen, zelfs als de olieprijzen stabiel blijven.

Om de kosten voor automobilisten tijdelijk te verlichten, werd in 2022 een accijnskorting ingevoerd. Deze maatregel was bedoeld als een tijdelijke oplossing voor de stijgende brandstofprijzen. De korting blijft tot en met 31 december 2025 van kracht. Daarna vervalt deze en keren de accijnzen terug naar het oude, hogere niveau. Dat betekent dat de brandstofprijs op 1 januari 2026 ineens fors stijgt, tenzij de overheid besluit de korting te verlengen. Volgens de ANWB zou het verstandig zijn om die korting te behouden, juist om de stijgende kosten enigszins in toom te houden.

De meeste automobilisten rijden nog op fossiele brandstof

Nederland maakt stappen richting elektrisch rijden, maar de realiteit is dat slechts zo’n zes procent van de auto’s volledig elektrisch is. De overgrote meerderheid van de Nederlanders rijdt nog altijd in een benzine- of dieselauto. Voor deze groep is brandstof dus nog steeds een dagelijkse kostenpost. En juist deze groep wordt het hardst geraakt door stijgende accijnzen. In stedelijke gebieden zijn er soms nog alternatieven zoals de fiets of het openbaar vervoer, maar op het platteland is de auto onmisbaar. Voor veel mensen is er simpelweg geen andere manier om op werk, school of afspraak te komen.

Lees ook:  Gewicht van de caravan wijzigen

De impact van hoge brandstofprijzen raakt dus niet alleen de portemonnee, maar ook de mobiliteit van een grote groep Nederlanders. Zonder extra ondersteuning dreigt autorijden voor veel mensen onbetaalbaar te worden.

Europees beleid drijft brandstofprijzen verder op

Alsof de Nederlandse accijnzen nog niet zwaar genoeg drukken op de brandstofprijzen, komt daar binnenkort ook Europees beleid bij kijken. In 2027 treedt het nieuwe emissiehandelssysteem ETS-2 in werking. Dit systeem verplicht brandstofleveranciers om CO2-rechten te kopen voor de uitstoot die ontstaat door het gebruik van hun brandstoffen in onder andere het wegverkeer. Die kosten zullen ze vrijwel zeker doorberekenen aan de klant. Oftewel: de prijs aan de pomp gaat verder omhoog.

Maar daar blijft het niet bij. Ook de Europese richtlijn RED III, die inzet op meer gebruik van hernieuwbare energie, heeft invloed op de brandstofprijs. Deze richtlijn verplicht lidstaten om biobrandstoffen bij te mengen in reguliere brandstof. Dat klinkt duurzaam, maar in de praktijk betekent het opnieuw een prijsverhoging voor automobilisten.

Het Europese beleid heeft dus flinke gevolgen voor iedereen die afhankelijk is van zijn auto. Zowel ETS-2 als RED III zorgen voor extra kosten. En hoewel deze maatregelen bedoeld zijn om duurzaamheid te stimuleren, raken ze op korte termijn vooral de portemonnee van de gewone automobilist.

Behoud van accijnskorting helpt de stijging te dempen

Met al deze prijsverhogingen in het vooruitzicht klinkt de roep om behoud van de accijnskorting steeds luider. Door deze korting te behouden, kan de overheid een deel van de prijsstijging opvangen en de financiële druk op automobilisten verlichten. Zeker nu, met Europese maatregelen in aantocht en een nog beperkte overgang naar elektrisch rijden, is het behouden van deze korting geen overbodige luxe, maar bittere noodzaak.

Lees ook:  De SpaceCamper Bike, trappen, uitklappen en uiltje knappen

De auto blijft voor miljoenen Nederlanders een essentieel onderdeel van hun dagelijks leven. Zolang er nog geen betaalbare en haalbare alternatieven zijn voor iedereen, is het belangrijk dat de overheid rekening houdt met de betaalbaarheid van mobiliteit. Het verlengen van de accijnskorting is daarvoor een logische en haalbare stap. Zo blijft autorijden toegankelijk voor iedereen, ook in een tijd van stijgende kosten en ambitieuze klimaatdoelen.

Bron: ANWB

Abonneer je op onze gratis nieuwsbrief en ontvang elke week artikelen zoals deze in je mailbox.
p.s. Je gegevens worden nooit met anderen gedeeld.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in